palmpasen

Palmpasen

Palmpasen is het feest van de intocht van Jezus op een ezel in Jeruzalem. Toen jezus Jeruzalem binnen reed werd hij door de bevolking begroet met palmtakken, daar van afgeleid kennen we in de Achterhoek de palmpaasstok. Kinderen lopen dan met een eigen gemaakte stok door het dorp, vaak onder leiding van muziek. 

De palmpaasstok bestaat uit vele symbolische betekenissen: 

De kinderen zingen dan een lied en wel het volgende: 

Palm, Palm Pasen, 

ei koer ei, 

over ene zondag krijgen we een ei, 

één ei is geen ei, 

twee ei is een half ei, 

drie ei is een paasei. 

Palmzondag is het begin van de Goede Week.

Paassymboliek

De palmpasenstok is met veel symboliek omgeven. De groene takjes verwijzen naar Christus’ intocht in Jeruzalem, het brood naar de instelling van de Eucharistie op Witte Donderdag, en het kruis naar het lijden en sterven van Christus op Goede Vrijdag. Het snoep en de overige versierselen zijn tekens van vreugde over het nieuwe leven dat Pasen heeft gebracht.

Vruchtbaarheid - De palmpasenstok verwijst ook naar voorchristelijke vruchtbaarheidsfeesten, waarmee vroeger, bij het aanbreken van de lente, het nieuwe leven in de natuur werd gevierd. Jong groen kondigt het voorjaar aan, deeg vertegenwoordigt kiemkracht en eieren staan voor nieuw leven. Ook ronde vormen, zoals kransen, stammen uit die tijd. De cirkel symboliseert immers de kringloop van het jaar en van het leven. Vandaar de hoepel die soms in de palmpasenstok zit.

Haan - Voor het haantje bovenop de palmpasenstok zijn allerlei verklaringen. Volgens sommigen is het een verwijzing naar de ontrouwe Petrus. Voordat de haan op Goede Vrijdag kraaide had Petrus, zoals Jezus had voorspeld, drie keer gezegd dat hij Jezus niet kende (o.a. Mat. 26, 30-35 en 69-75). De haan kan ook gezien worden als symbool voor Jezus: Christus schudt je wakker en vertelt je dat het licht eraan komt.

Het lopen met Palmpaastakken is een oud gebruik dat alles te maken heeft met de intocht van Jezus in Jeruzalem. Alle mensen legden toen takken op de weg, waar Jezus op zijn ezel overheen reed. Nu nog is een Palmpaastak niet echt compleet zonder een takje (Buxus). En zo zit die lekkere palmpaasstok vol met verhalen.

toelichtende teksten van Wikipedia:

Goede week

De Goede Week (ook wel Stille Week, Heilige Week, Grote Week genoemd) is in het christendom de naam voor de week vanaf Palmzondag tot Stille Zaterdag. Het zijn de laatste zeven dagen van de Vasten of Veertigdagentijd. In deze dagen tot en met het Hoogfeest van Pasen worden alle gebeurtenissen herdacht die de kern van het christelijk geloof uitmaken, met name het lijden, sterven en verrijzen van Jezus Christus.

De Goede Week en Pasen wordt daarom in het algemeen als het belangrijkste liturgische hoogfeest beschouwd; al wordt Kerstmis, tenminste in het Westen, door het volk uitbundiger gevierd. De Goede Week heeft als zwaartepunt het Triduum Sacrum dat bestaat uit de drie dagen Witte Donderdag, Goede Vrijdag en Stille Zaterdag.

Daar waar de Tridentijnse ritus gebruikt wordt, duurt deze passietijd nog een week langer, omdat men al een week eerder begint met het lezen van het lijdensverhaal, namelijk op passiezondag, de zondag vóór Palmzondag.

Palmzondag

Palmzondag, ook wel Palmpasen genoemd, is de laatste zondag van de vastenperiode (de zondag vóór Pasen), het begin van zowel de Passietijd als de Goede Week. Op deze dag wordt de blijde intocht van Jezus Christus in Jeruzalem gevierd.

Stille Zaterdag

 (Sabbatum Sanctum in het Latijn) of Paaszaterdag volgt op Goede Vrijdag. Het is de zaterdag voor Pasen en de laatste dag van de vastentijd en lijdensweek die voorbereidt op het christelijke paasfeest.

Op deze dag herdenkt men de tijd dat het dode lichaam van Jezus Christus in het graf lag. Zijn ziel was echter in het paradijs: "Heden zult gij met Mij in het paradijs zijn" (Lukas 23:43b, SV).

De apostel Petrus beschrijft in 1 Petrus 3:19-20a dat Jezus Christus in Zijn dood Zich heeft geopenbaard aan de geesten in de hel om Zijn triomf te tonen: "In Denwelken [Zijn dood] Hij ook heengegaan zijnde, de geesten die in de gevangenis zijn, gepredikt heeft. Die eertijds ongehoorzaam waren, wanneer de lankmoedigheid Gods eenmaal verwachtte in de dagen van Noach, als de ark toebereid werd" (SV). Hierbij moet worden aangetekend dat over de betekenis van deze teksten veel onduidelijkheid is[1].

Liturgisch gezien duurt Paaszaterdag slechts tot de schemering, waarna de Paaswake gevierd wordt.

Pasen

Is het belangrijkste christelijke feest in het liturgische jaar, volgend op de Goede Week. Christenen vieren deze dag vanuit hun geloof dat Jezus opgestaan is uit de dood, op de derde dag na Zijn kruisiging. Volgens huidige berekeningen heeft deze kruisiging plaats gevonden tussen de jaren 26 en 36.

In de loop der jaren zijn veel non-religieuze culturele elementen toegevoegd aan het feest; waardoor het een belangrijk seculier feest is geworden. Pasen duurt twee dagen en wordt gevierd op een zondag en maandag. Beide dagen worden wel afzonderlijk Eerste en Tweede Paasdag of Paaszondag en Paasmaandag genoemd.

Pasen heeft zijn oorsprong in het Joodse Pesach. Tijdens het concilie van Nicea (325) zijn de data van beide feesten officieel ontkoppeld [1]. Overigens zijn er aanwijzingen dat het feest zijn oorsprong vindt ruim voor het ontstaan van het christendom[bron?].

Het christelijke Pasen verwijst ook naar de vijftig dagen durende periode van het kerkelijke jaar vanaf het paasfeest tot Pinksteren, gedurende welke de christenen hun jaarlijkse paasplicht mogen vervullen. De periode van het paasfeest tot Hemelvaartsdag duurt veertig dagen.

De paastijd en de christelijke liturgie daaromheen heeft door de eeuwen heen vele componisten geïnspireerd tot muzikale composities. In de Barokperiode viel vooral het werk van Johann Sebastian Bach op met de Johannespassie, Mattheuspassie en zijn cantates. Voor de Eerste Paasdag bedacht Bach de cantate nr 4 Christ lag in Todesbanden. Voor de Tweede Paasdag schreef hij vervolgens de cantate nr 6 Bleib bei uns, denn es will Abend werden.